Voor PLANTEN EN BOMEN geldt deze VUISTREGEL: hoe onherbergzamer het leefgebied, hoe kleiner de bladeren. In naalden is deze miniaturisering tot het uiterste doorgevoerd. Ze bestaan uit een centraal bladnerf met eromheen een laag van chlorofylhoudende cellen. De Naalden zijn waterbestendig dankzij een dikke huidlaag en en wasachtige cuticula die samen vochtverlies door verdamping beperken. Een naald heeft vergeleken met een normaal boomblad weinig huidmondjes.
BEHALVE dat ze waterverlies beperken, hebben naalden nog meer voordelen. Hoewel naalden goed zijn voor bomen die zuinig willen omspriongen met water, bevatten de naalden op zich weinig water. Daardoor blijft de schade beperkt als het water in de naalden bevriest. Tijdens sneeuwstormen blijdt de sneeuw bovendoin makkelijk van de naalden af en daarnaast doen ze dienst als windschermen, zodat takken minder snel afbreken.
De meeste naaldbomen zijn groenblijvend, maar de Europese lariks (Larix decidua) is één van de soorten die zijn naalden in de herfst laat vallen. Degelijke soorten zijn meestal afkomstig uit de koudste gebieden. Zonder naalden overleven ze koude winters in de bergen beter.